Scrum in het onderwijs

Docenten zijn enthousiast om Scrum toe te passen in hun lessen. Dat wil zeggen: om hun leerlingen te laten Scrummen. En terecht. Het geeft leerlingen meer autonomie, ze leren effectief samenwerken en ze leren hun eigen kwaliteiten kennen. Zeker bij vakken waar leerlingen in projecten werken, zoals Informatica, Natuur, Leven en Technologie (NLT) en Ontwerp & Onderzoek (O&O) ligt het voor de hand om Scrum in te zetten. In de praktijk valt het echter nog niet mee om dit tot een succes te brengen. Bij het Bètasteunpunt Zuid-Holland geven we cursussen over hoe je Scrum in het onderwijs kunt toepassen. Dit zijn onze belangrijkste lessen:

  1. Begin laagdrempelig. Je hoeft niet gelijk het hele (edu)Scrum-proces in te voeren. Je zou bijvoorbeeld het puntenpokeren en de burndownchart in het begin achterwege kunnen laten. Geef in het begin veel handvatten om de taken voor de sprintplanning te maken. Het is niet altijd makkelijk om te bepalen hoe je doelen kunt omzetten in kleinere taken. Maak het jezelf als docent makkelijk door de teams van leerlingen niet tegelijk aan verschillende opdrachten te laten werken.
  2. Leg je leerlingen uit waarom je dit doet. Leerlingen zijn net mensen. En mensen die gaan Scrummen willen graag weten waarom ze iets moeten doen. Waarom een stand-up? Wat is het belang van een retrospective? Het is belangrijk om de leerlingen uit te leggen waarom je dit van ze vraagt en ze zo te motiveren. Ze zijn het vaak niet gewend om op deze manier te werken, het kost tijd om te overtuigen van het nut van deze aanpak. Ruim daar voldoende tijd voor in.
  3. Wees strak op het proces, biedt daarbinnen vrijheid. Een stand-up aan het begin van de les, dat moet, daar mag geen twijfel over zijn. En die moet dus staand. Dat dwing je als docent af. Ook het goed bijhouden van het scrumbord is belangrijk. Op het hanteren van het proces is de docent onverbiddelijk. Daarbinnen kun je echter veel ruimte bieden aan de leerlingen. Leerlingen kunnen zelf heel goed bepalen hoe ze de taken verdelen in het team.
  4. Durf te leren. Niet alles is van te voren af te dekken. Er zijn leerlingen die niet willen samenwerken. Er zal van alles misgaan. Geef jezelf de ruimte om fouten te maken, blik regelmatig terug en probeer het steeds beter te doen.
  5. Doe het niet alleen. Zoek collega’s binnen de school die dit ook willen doen. Je zou heel goed een professionele leergemeenschap (PLG) kunnen vormen met docenten binnen en buiten de school die ook Scrum inzetten. Daarbinnen kun je ervaringen uitwisselen en steun vinden bij elkaar. Hoe ga je om met die ene leerling die niet wil samenwerken? Daarnaast kun je in een PLG ook heel praktisch materiaal met elkaar delen. Betrek ook de schoolleiding bij je plannen. Neem ze mee in je ambities, leg uit waarom je dit wilt, en vraag steun.

Scrummen in de klas vergt voor een deel andere vaardigheden. In die zin moet je als docent een beetje opnieuw leren lesgeven. Bij beginnende docenten gaat ook niet alles in één keer goed. Het zal energie vergen. Maar je krijgt er ook veel voor terug. Docenten geven aan hun leerlingen beter te leren kennen doordat er meer ruimte is voor individuele begeleiding. De leerlingen leren elkaar en zichzelf beter kennen. Ze werken effectief samen en daar zullen ze hun leven lang profijt van ervaren.

Martin Bruggink is medeauteur van het boek “Scrum in Actie” en coördinator van het Bètasteunpunt Zuid-Holland